Eerder deze week had ik een bijzonder consult. Ouders die in
Caribisch Nederland wonen, hadden mij ergens horen spreken over huilen en
coslapen en de door mij gepresenteerde visie sprak ze aan. Nu ze een paar weken
in Nederland zijn, wilden ze graag een consult afspreken om over het huilen en
het slapen van hun inmiddels 16 maanden oude kindje te spreken. De ouders verblijven
op geen stukken na in mijn regio en dus ontmoetten we elkaar in Amsterdam,
omdat ik daar tegenwoordig door de week toch al ben. Moeder begon te vertellen
en zei al snel: “De eerste tijd heeft X heel veel gehuild. Het was echt een
huilbaby.” “Nee,” zei vader, “dat mag je van Marianne niet zeggen.” We hebben
er samen hartelijk om gelachen, maar inderdaad: ik ben bepaald geen voorstander
van dat label. Als er veel wordt gehuild, benoem ik liever wat ik zie gebeuren:
er is een huilende baby of een baby die veel huilt. Vader had dus ongeveer een
jaar lang onthouden dat ik tégen dat woord ben en leek zich daar zelf ook goed
in te kunnen vinden. We hebben vanaf dat moment het gesprek vervolgd vanuit de
vraag: “Wat zou de reden kunnen zijn dat jullie kind zoveel huilde en nu nog
steeds soms heel onrustig is?” Dat zou wat mij betreft altijd de vraag moeten
zijn: wat is de oorzaak? Het heeft immers weinig zin om symptomen te
bestrijden, als de problemen niet worden aangepakt. (Het consult was overigens
fantastisch constructief en inspirerend… wat een gemotiveerde ouders en wát een
stralend kind!)
Vorig jaar schreef ik een hele serie blogs over het
onderwerp ‘excessief huilen’ met als tragisch dieptepunt deze aflevering .
Qua lezersaantal was het trouwens een hoogtepunt (zo’n 5700 keer gelezen!), dus
ik hoop dat het voor veel ouders belangrijke stof tot nadenken heeft kunnen
bieden, die ze ook in hun eigen omgeving weer doorgeven. Als we met z’n allen dit
soort droevige gebeurtenissen op ons laten inwerken en ons realiseren dat dit
dus niet de manier is, dan kunnen we misschien bereiken wat Robin Grille
bepleit in deze prachtige TEDX-lezing:
"Parents, grandparents and teachers” als “the
empathy farmers for the next generation." Waarom? Hierom: "Chronic violence and
impulsivity in adults is a response to (...) emotional brain damage from
childhood. (...) The violence of history is symptomatic of large-scale child
abuse and neglect. Remember this: violence is a preventable brain
disorder." Van harte aanbevolen, mensen, deze voordracht! Robin’s
benadering is zo schitterend holistisch; als we wat willen veranderen, kunnen
we volgens mij niet heen om deze realiteit.
Het is dan ook wel even schrikken als ik ermee wordt
geconfronteerd dat er nog steeds situaties zijn waarin baby’s op basis van
advies door zorgverleners van hun ouders worden gescheiden. Veel mensen weten
dat ik me om dat onderwerp jarenlang intensief heb bekommerd en zodoende krijg
ik wel eens materiaal opgestuurd. Vorige
week gebeurde dat weer; in de mailbox trof ik deze folder aan.
Net als destijds bij de blogs over de richtlijn zal ik aan
de hand van een aantal citaten mijn gedachten delen. Mocht het te veel zijn
om in één keer te behandelen, dan komt het vervolg komende week.
Pagina 2: “Uw kind is
op de kinderafdeling opgenomen omdat hij/zij veel huilt. De opname in het
ziekenhuis duurt meestal een week. Soms kan de opname in overleg met u wat
langer duren.”
Een WEEK? Of langer zelfs…? Als we spreken over een kind van
8 weken, dan is dat zo’n 10-15% van het totale leven van het kind. Voor een
kind van 10 jaar zou dat één à anderhalf jaar zijn, voor een volwassene van 40
staat het gelijk aan 4 of 6 jaar… zonder aanwezigheid van vertrouwde
hechtingsfiguren. Klinkt dat als een redelijk opnameduur waarvan je geen (emotionele,
psychische) schade hoeft te verwachten…?
Pagina 2: “(Het is
normaal dat een baby anderhalf uur huilt op een dag).”
Volgens wiens definitie is dat ‘normaal’ en uitgaande van
welke verzorgingsstijl is dat ‘normaal’?
Pagina 2: “Gedurende
de eerste dagen van de ziekenhuisopname wordt uw kind geobserveerd. Er wordt
bekeken op welke momenten uw kind huilt en op welke manier uw kind huilt.”
Ik weet niet goed wat ik me hierbij moet voorstellen. Staat
er een zorgverlener naast het huilende kind om op de ‘huillijst’ (pagina 2) op te
schrijven wat het kind laat zien? Wordt het kind getroost of heeft de
registratie voorrang? Wordt er gewacht tot het huilen ‘vanzelf’ over is? Wordt
er iets ondernomen als het huilen te lang duurt? En wie bepaalt welke huilduur
nog ‘aanvaardbaar’ is?
Vragen, vragen, vragen…
Pagina 3: “Pas als
tijdens de opname uit de observaties blijkt dat uw kind misschien wel een
ziekte of afwijking heeft, wordt verder onderzoek gedaan.”
Moet dat onderzoek niet plaatsvinden vóórdat het kind van de
ouders wordt gescheiden? Of is er een soort idee dat een kind ‘voor niks’ huilt
en dat, wanneer er geen ‘ziekte of afwijking’ is, er ook eigenlijk geen reden
tot huilen bestaat? Huilen grote kinderen en volwassenen ook alleen maar bij een
ziekte of afwijking? Of is het voorstelbaar dat de baby, net als veel
anderen/groteren, om emotionele of psychologische redenen huilt?
Pagina 3: “Soms wordt
gedacht dat een kind veel huilt vanwege een voedselallergie (koemelkeiwit-allergie).
Misschien heeft u thuis al verschillende voedingen geprobeerd. Als uw kind
thuis hypo-allergene voeding krijgt, terwijl een voedselallergie nog niet is
vastgesteld, zal de kinderarts deze voeding omzetten in gewone
zuigelingenvoeding. Binnen drie dagen is dan duidelijk of uw baby een
voedselallergie heeft of niet.”
Zucht… waar moet ik beginnen? Wat valt het meeste op in dit
stukje tekst? Nou…?
Niet één keer het woord ‘borstvoeding’! En wat moeten we
verstaan onder ‘gewone zuigelingenvoeding’? Borstvoeding is gewone
zuigelingenvoeding, of moedermelk desnoods. Ik vrees echter dat dat niet is wat
de hier genoemde kinderarts eronder verstaat. Of worden er geen baby’s
opgenomen die volledig aan de borst zijn? Dat zou op zich al een interessant
onderzoeksthema zijn, niet waar? Overigens worden allergieën soms juist
getriggerd door het gemak waarmee baby’s in de eerste dagen kunstmatige
zuigelingenvoeding krijgen aangeboden, iets wat met name in het ziekenhuis nog
zeer geregeld gebeurt, helaas óók in ziekenhuizen die BFHI-gecertificeerd zijn
en dus zouden moeten weten hoezeer dit een risico kan zijn. Bijvoeding moet
sowieso alleen op medische indicatie worden gegeven en die indicaties zijn een
heel stuk zeldzamer dan de frequentie van bijvoeding in de dagelijkse praktijk doet
vermoeden. En om het even duidelijk toe te lichten… een medische indicatie is
dus NIET een indicatie die door een medicus is gegeven. Een indicatie is pas
medisch als er een medische noodzaak is tot het geven van een lichaamsvreemde
vloeistof die de darmflora van de baby verstoort en zodoende tot problemen op
latere leeftijd kan leiden.
Pagina 3: “De
pedagogisch medewerker maakt samen met u een dagprogramma waarmee uw kind een
regelmatig dag- en nachtritme aangeboden krijgt. In het programma staan
bijvoorbeeld voedings- en slaaptijden en speelmomenten.”
Dit doet mij verdacht veel denken aan de ‘regelmaat-voorspelbaarheid-prikkelreductie’-aanpak
waartegen Stephanie Sanders en ik stevig hebben geageerd in onze lactatiekundige notitie,
waarvan dit de wat gemakkelijker leesbare publieksversie is.
De folder lijkt de indruk te willen wekken dat er zoiets bestaat als een ‘regelmatig
dag- en nachtritme’ voor een pasgeboren baby en dat ‘voedings- en slaaptijden’
via de klok kunnen worden gereguleerd. Daaruit blijkt een kennisgebrek ten
aanzien van de fysiologie van kleine baby’s. Zo staat er niet: “In het
programma staan bijvoorbeeld de tijden waarop uw kind moet wandelen en moet
lezen en schrijven.” Een baby wordt niet geacht dat al te kunnen. Het is echter
een misvatting te denken dat een baby al wél kan slapen en drinken op
tijdstippen die passen in het dagschema van de volwassenen. Zolang we dat als
samenleving niet inzien en geen geduld hebben met onze kleinste medemensen (totdat
ze die vaardigheden in onze liefdevolle, sensitieve responsiviteit hebben
ontwikkeld), blijft het tobben met de idealen van Robin Grille.
Uit de presentatie van Robin Grille; lees ook 'Parenting for a Peaceful World'! |
Genoeg voor vandaag; volgende week verder!
Ik begreep van een kinderarts dat opname van een 'huilbaby' in de regel inhoudt dat men het kind een nacht laat huilen om de ouders een nacht rust te gunnen, en zodoende de vicieuze cirkel te doorbreken. Zou het?
BeantwoordenVerwijderenTsja, Kaj... maar dan zou het toch geen week of langer hoeven te duren... en bovendien... voor een baby zijn ook die paar dagen of zo'n hele lange nacht natuurlijk een eeuwigheid. Geeft het dan ook niks als iemand 24 uur of een paar dagen wordt gegijzeld? En om welke vicieuze cirkel gaat het, zo vraag ik mij ook altijd af. Ouders kunnen dan misschien een nacht slapen, maar hebben ze ook additionele vaardigheden na zo'n episode...? Dát is waar beleid op gericht moet zijn, als je het mij vraagt. We kunnen onze kinderen toch niet 'wegdoen' als we moe zijn...? Dat probleem doet zich immers niet alleen de eerste maanden, maar de komende twintig jaar voor! ;-)
BeantwoordenVerwijderen