woensdag 3 december 2014

Verwaarlozing, deel 2

Afgelopen week maakte ik een begin met het bespreken van een folder over opname in het ziekenhuis van baby’s die veel huilen, in de wandelgangen vaak ‘huilbaby’s’ genoemd, een label waar ik geen voorstander van ben.
Er bleek meer te bespreken dan ik aanvankelijk dacht en één blog was niet toereikend. Daarom pak ik vandaag de draad op waar ik die vorige week heb laten liggen, onderaan pagina 3. Wie wil meelezen… dit is de link naar de folder.

Pagina 3, onderaan: Het dagprogramma wordt aangepast aan de leeftijd en ontwikkeling van uw kind en de activiteiten binnen uw gezin. Zo kunt u dit dagprogramma ook thuis voortzetten.

Ik vind het moeilijk me hierbij een voorstelling te maken. Over welke leeftijdsgroep hebben we het, als we spreken over baby’s die vanwege ‘overmatig huilen’ worden opgenomen in het ziekenhuis… ergens tussen vier of vijf weken en misschien een week of acht, negen…? Daarna neemt bij de meeste baby’s het huilen immers sowieso af. Baby’s van drie maanden worden vaak niet meer opgenomen met deze klachten, maar zelfs dan: wat voor ‘programma’ heeft een baby van twee, tweeënhalve maand? Gaat het dan niet vooral om voeden, knuffelen wat spelen met mama en papa en weer slapen, alles afgestemd op wat de betreffende baby nodig heeft en aankan? Baby’s hebben op deze leeftijd vaak nog niet een heel duidelijk voedingsritme, soms wel, maar heel vaak ook niet en dat is fysiologisch en qua ontwikkeling helemaal normaal. Voeden op verzoek (inclusief troosten en in slaap helpen aan de borst!) is de biologische norm en past bij wat dat kleine lijfje vraagt.
Dit is NIET mijn aanbeveling! Ik vond deze volgorde op de website van een ziekenhuis.

Pagina 4: Daarnaast is er op de kinderafdeling regelmatig een kinderarts aanwezig die ervaring heeft in het begeleiden van “huilbaby’s” en hun ouders.

Ik voel hier een ongemakkelijke contradictie: enerzijds heeft de kinderarts volgens de folder ervaring, anderzijds besluit de kinderarts het kind op te nemen en het daarmee van de ouders te scheiden. Dat is het stressvolste wat een kind kan overkomen, gescheiden worden van de ouders en dus ook van mama’s zachte, warme, voedende borsten. Om wat voor professionele ervaring gaat het dan, waar de ouders mee kunnen worden begeleid? Worden ze wijzer omtrent de indringende behoeften van hun kind, over de grote afhankelijkheid van een mensenbaby in de vroege levensfase en hoe belangrijk dan de ouderlijke nabijheid is voor de hersenontwikkeling, de stressregulatie en de veilige hechting? Ik ben er niet gerust op, zeker niet gezien de tekst die nog volgt…

Pagina 4, eerste punt van de opsomming: hier worden fysiotherapie voor de zich ‘overstrekkende’ baby genoemd, plaatsing in een ‘nestje’ en ook inbakeren. Voor dit laatste wil ik graag (weer eens) verwijzen naar wat collega Gonneke van Veldhuizen hierover ooit schreef .

Pagina 4, tweede punt van de opsomming: De film “Bob” bekijken: dit is een film over een “huilbaby”, Bob. Veel ouders herkennen zich hierin.

Kent iemand deze film en kan ik die ergens bekijken? Ik heb wat gegoogled en ontdekt dat ‘ie van de Stichting Lichaamstaal is. Ik ben heel benieuwd wat ouders te zien krijgen. De film die ik destijds zag, gemaakt met medewerking van onder andere Ria Blom, Bregje van Sleuwen en Monique L’Hoir, vond ik pijnlijk om te aanschouwen. De diverse uitspraken, de schreeuwende, hese baby, de verdwaasde moeder onder aan de trap… Vooral dat laatste beeld staat me nog helder voor ogen, zeker omdat later dus ook haar verhaal erbij helder werd.

Pagina 4, derde punt van de opsomming: [De ouderbegeleider] bespreekt met u hoe de zwangerschap, geboorte en eerste maanden met uw kind zijn verlopen. Zij kan u uitleg geven over mogelijkheden voor zorg en ondersteuning.

Een analyse van de situatie lijkt me heel nuttig en zorg en ondersteuning kunnen dat uiteraard ook zijn. Wel is natuurlijk belangrijk waaruit die zorg en ondersteuning bestaan. Zijn ze gericht op kennis over normaal babygedrag en op hoe ouders daarmee kunnen (leren) omgaan? Gaan ze over stress in het leven van de ouders zelf en hoe die zijn weerslag kan hebben op de sensitieve baby? Of gaan ze over hoe de baby zo kan worden geconditioneerd dat het gedrag aansluit op het dagprogramma en de verwachtingspatronen van de ouders?

Pagina 5, eerste punt van de opsomming: hier wordt de mogelijkheid van VIB besproken, video-interactiebegeleiding. Dit schijnt een zeer nuttig instrument te zijn, waaruit ouders veel over zichzelf en hun baby kunnen leren.

Pagina 5, tweede punt van de opsomming: Logopedie: als uw kind moeite heeft met drinken, wordt de logopediste ingeschakeld. Zij kan bekijken wat de mogelijke oorzaak van het slechte drinken is.

Is er een goede reden dat de lactatiekundige niet in het rijtje is opgenomen? Als er problemen zijn met huilen en drinken, ligt het voor de hand de ouders eerst naar een lactatiekundige te verwijzen. Het is haar specialisme om alles rondom het voeden samen met de ouders in kaart te brengen. Huilen kan zonder meer voedingsgerelateerd zijn en dit belangrijke proces, dat de voorloper is van onder andere de voedingsgewoontes later in het leven, verdient zorgvuldige aandacht.

Pagina 5, laatste kop: Aanwezigheid ouders Uiteraard bent u altijd welkom bij uw kind. De verschillende hulpverleners maken met u afspraken wanneer u in ieder geval in het ziekenhuis aanwezig moet zijn voor gesprekken, uitleg etc. Daarnaast is het voor u ook belangrijk om zelf tot rust te komen en uw eigen ritme weer op te pakken. We raden u daarom aan om niet de hele dag bij uw kind te zijn. Het is het verstandigst om thuis te slapen en wat tijd te maken om leuke dingen te ondernemen. Hierdoor krijgt u weer nieuwe energie om verder te gaan.

Mensen, mensen… wat moeten we hiermee? Al die termen… ‘tot rust komen’, ‘eigen ritme’, ‘niet bij uw kind zijn’, ‘verstandigst’, ‘leuke dingen ondernemen’… De situatie is dus als volgt: je bent net moeder/vader geworden, je kind is volledig op jou aangewezen, je brengt het naar het ziekenhuis, laat het daar achter, gaat er niet te veel heen, maar gaat ‘leuke dingen’ doen, want je hebt er verder geen last van dat je van je kind gescheiden bent en je krijgt helemaal nieuwe energie, zo lekker met z’n tweeën…? Wat moeten we hiervan denken als het gaat over visie op ouderschap en babybehoeften? Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat hier een heel groot stuk kennis ontbreekt… en eerlijk gezegd ook empathie met de zwakste partij: de baby.



Pagina 6: Als uw baby tot rust gekomen is, een goed dag- en nachtritme heeft en u verwacht de adviezen en het dagprogramma thuis te kunnen voortzetten, mag uw kind het ziekenhuis verlaten.

Dus… het kind is inmiddels min of meer van het ziekenhuis en de ouders moeten aan voorwaarden voldoen om het kind mee naar huis te ‘mogen’ nemen…? Dat kan toch niet waar zijn… Ouders mogen hun kind ALTIJD mee naar huis nemen, als ze dat willen. Dat hoort bij de autonomie van gezonde, niet-ontoerekeningsvatbaar verklaarde ouders. En wie is überhaupt de ‘deskundige’ die kan bepalen wat een ‘goed’ dag- en nachtritme is? Is dat ritme niet in ieder gezin verschillend en hangt het niet af van de op pagina 3 genoemde ‘activiteiten binnen uw gezin’?

Al met al word ik heel verdrietig van dit soort folders. Ik houd mijn hart vast voor die arme baby’s die zo wreed van het middelpunt van hun wereld, van hun fysiologische en emotionele habitat worden gescheiden: hun moeder. Het lijkt me dat we op welke manier dan ook moeten zorgen dat zorgverleners en ouders beter geïnformeerd raken over het belang van het bij elkaar houden van ouder(s) en kind. Zoals we naar aanleiding van de film ‘A Two-Year Old Goes to the Hospital’ in de jaren vijftig zijn afgestapt van het verbod op de aanwezigheid van ouders bij al wat oudere kinderen die wegens een operatie of een ingreep in het ziekenhuis liggen, zo moeten we zeker baby’s beschermen tegen deze schokkende ervaring, die trouwens ook voor ouders ingrijpend is en bovendien hun broodnodige vaardigheden niet vergroot.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten