Onlangs had ik een lastig telefoongesprek. Het verloop was
zodanig dat ik na afloop moest nadenken over wat mijn visie is op mijn
praktijkvoering. Er doemden de volgende vragen op:
*Hoe lever ik goede zorg?
*Wat is goede zorg?
*Hebben mensen recht op goede zorg?
*Hebben mensen recht op slechte zorg?
*Hebben mensen er recht op van mij te vragen dat ik slechte
zorg lever?
*Moet ik bij het leveren van zorg uitgaan van wat ik goede
zorg vind of van wat de ander verwacht?
*Heb ik als lactatiekundige de plicht om zorg te leveren als
ik van mening ben dat dat geen goede zorg kan worden?
*Mag ik mensen aanraden iemand anders te raadplegen voor de
zorg waarnaar ze op zoek zijn?
*Mag ik mijn visie op wat goede zorg is en op wat er naar
mijn idee de voorwaarden voor zijn, van toepassing laten zijn op wat de
zorgvrager van mijn verlangt?
*En tot slot, als samenvatting van dit alles: is het richting
de cliënt een kwestie van ‘u vraagt, wij draaien’, of anders geformuleerd: ‘jij
drukt op één van mijn knopjes en dan zeg ik wat jij wilt horen’…?
De moeder was overstuur en al snel na de eerste zinnen in
tranen. Ze was negen dagen postpartum en alles ging mis en zo ging het niet
langer en dus kon het niet anders of ze moest stoppen met borstvoeding geven,
want ze trok het niet meer en ze kon zo voor haar kind niet de moeder zijn die
ze wilde zijn en ze had ook al een rottige zwangerschap en een zware bevalling
gehad en nu dit nog en het moest echt afgelopen zijn en of ik even kon zeggen
wat ze moest doen om van die borstvoeding af te komen.
Dat is heel wat en met alles wat ik weet en nog steeds bijleer,
leidt zo’n betoog tot allerlei overwegingen, niet pas na afloop van het gesprek,
maar meteen, à la minute, direct, onmiddellijk:
*De eerste dagen na een bevalling zijn intens en kunnen van
alles losmaken in een pas bevallen vrouw.
*Stoppen met borstvoeding vanuit een sterke emotie is vaak
niet zo’n goed idee, omdat de keuze door de emotie mogelijk niet weloverwogen
wordt gemaakt.
*Een beslissing die zo belangrijk is, kan, wanneer die niet
weloverwogen wordt genomen, later in het leven tot allerlei trauma’s, verdriet
en schuldgevoelens leiden.
*Als er al ruim een week is gevoed, is er normaal gesproken
een behoorlijke productie en dan kun je niet zomaar stoppen, maar moet er een
beleid worden uitgezet.
*Geen borstvoeding geven heeft voor zowel moeder als kind
gevolgen voor de gezondheid.
*Wanneer er bij het dragen en baren problemen zijn geweest,
kan het zogen helend werken en het beschadigde gevoel van (lichamelijke) competentie
herstellen; zie bijvoorbeeld dit verhaal.
*Een vrouw die in staat is haar kind na de zwangerschap nog
eens geruime tijd te voeden (nu niet via de placenta, maar via de borst),
ontleent daaraan veel kracht en zelfvertrouwen voor zowel haar vrouw-zijn als
haar moederschap.
*Een baby die geruime tijd borstvoeding krijgt, leert vanaf
het prille begin hoe het is om volledig, lijfelijk, zintuiglijk bemind en
gekoesterd te worden en dat ondersteunt een veilige hechting.
Dit is wat er op zo’n moment bliksemsnel door me heen gaat
en als ik meer tijd zou hebben, zouden er ongetwijfeld nog meer aspecten in me
opkomen die een goed gesprek rechtvaardigen.
Zo ver kwam het echter niet. Ik zei dat ik begreep dat het,
als er veel problemen waren, op die manier niet vol te houden was en ik vroeg
of ze lactatiekundige begeleiding had gehad. “Ja, de kraamverzorgende en de
verloskundige zeggen ook dat het zo niet langer kan. Ze hebben al van alles
geprobeerd, maar het gaat gewoon niet.” Ik zei dat iedereen haar eigen
specialisme heeft en vroeg nogmaals specifiek of ze ook een lactatiekundige had
gezien. Dat was niet het geval, en dat was ook niet nodig, want de
kraamverzorgende en de verloskundige hadden al gezegd dat het niet ging.
En ze had helemaal geen zin om aan mij te verantwoorden
waarom ze wilde stoppen; ik moest gewoon even zeggen hoe ze dat kon aanpakken.
Ik gaf aan dat ik, om een goed beeld van de situatie te krijgen en het juiste
advies te kunnen geven, bepaalde informatie nodig had en me er ook van moest
vergewissen dat stoppen echt was wat ze wilde en dat ze alle informatie die ze
nodig had om tot die weloverwogen beslissing te komen, ook daadwerkelijk had
ontvangen. Op de achtergrond hoorde ik haar partner door het gesprek heen
opmerkingen tegen haar plaatsen. “Nee, wacht even”, zei ze tegen hem, en
richtte zich weer tot mij; ze huilde inmiddels niet meer. Ze hád mij toch net
alle informatie gegeven? Ze hád toch net al gezegd dat ze wilde stoppen en dat
het niet ging? Wat zou ik nog meer moeten weten? Ik wist zo toch genoeg? Het
was toch mijn vak en ik kon nu toch wel zeggen wat ze moest doen?
Ik legde uit dat het een onderdeel van mijn professionele
verantwoordelijkheid is om er zeker van te zijn dat stoppen is wat een moeder
werkelijk wil, als ze daarover vragen stelt, omdat stoppen een keuze is die je
niet gemakkelijk ongedaan kunt maken en omdat vrouwen zich jaren later vaak
afvragen of dat stoppen destijds nou wel echt nodig was en waarom er niemand
was geweest die ze had verteld wat de andere opties waren, omdat ze waren blijven
zitten met een gevoel van verdriet over het stoppen. Ik gaf ook aan dat de
lactatiekundige de specialist is die kan begeleiden bij problemen die voor de
kraamverzorgende en de verloskundige te lastig zijn. Ik zei dat ik mij zorgen
maakte over het feit dat ze die zorg nog niet had gehad en dat het me wenselijk
leek dat ze die alsnog zou krijgen om dan alles goed door te nemen en te kijken
hoe ze het kon aanpakken. Ik opperde dat het misschien beter zou klikken met
iemand anders dan met mij, omdat het mijn visie is dat het inventariseren van
de situatie en de openstaande opties heel erg belangrijk is alvorens tot
stoppen over te gaan.
Ondanks dat ik heel rustig bleef, werd het gesprek steeds
onaangenamer. Haar man bleef opmerkingen maken en ze werd ook zelf
ongeduldiger, omdat het niet lukte mij een snel advies te ontfutselen. Ik
voelde dat het niet meer goed ging komen en na nog wat opmerkingen van haar en
wat toelichting van mij, gaf ik aan dat het mij het beste leek dat ze iemand
anders zocht, omdat het gesprek duidelijk maakte dat haar verwachtingen te ver
af lagen van mijn visie.
We beëindigden het gesprek en ik bleef achter met een
onbevredigend gevoel over het verloop.
Normaal werk ik alleen, maar nu was toevallig mijn man
aanwezig. We waren een weekend weg en hij was net als ik op onze hotelkamer
tijdens het telefoontje. “Wat was dat?”, vroeg hij. “Tsja”, zei ik, “moeder wil
stoppen en ik denk dat er eerst nog lactatiekundige zorg zou moeten worden
gegeven om samen met haar te analyseren waar het mis is gegaan met de
borstvoedingsrelatie, wat eraan te doen valt en of ze misschien wél wil
doorgaan als dat zonder pijn en ellende kan en voor moeder en dochter een fijne
ervaring is.” Hij zweeg en keek voor zich uit. “Hmmm… nou… wat kun je doen in zo’n
geval…” “Ik was toch niet boos tegen haar?”, vroeg ik. “Nee, nee, helemaal niet”,
was zijn antwoord, “je vroeg en zei een aantal dingen die ook mij van belang
lijken.”
Ik liet het even op me inwerken en stuurde de moeder toen de
volgende sms: “Dag, zojuist hadden we telefonisch contact omdat je behoefte
hebt aan lactatiekundig advies voor de situatie waarin je nu zit. De eerste
dagen na de bevalling kunnen heel heftig zijn. Een LK kan je helpen om te
kijken hoe je eerst in wat rustiger vaarwater kunt komen om daarna meer
definitieve keuzes te maken. Ik wens je daarbij veel kracht en moed. Mocht je
tips willen voor iemand die je kan helpen, dan hoor ik het graag. Met
vriendelijke groet, Marianne”
Ik hoopte haar zo te kunnen aanmoedigen tot het zoeken van
contact met iemand anders dan met mij. Wie weet zou ze na een poosje toch nog
willen onderzoeken wat haar opties waren.
Ik hoorde twee dagen niets; toen ontving ik het volgende
bericht: “Mijn huisarts snapt het ook niet. …Dan ben je lk en als de vraag je niet
aan staat geef je gewoon geen advies. . …Daar komt het wel op neer hè. ..En
reactie hierop van jouw is onnodig. ….. Ik ga ik niet meer reageren. Maar het
ligt i iig niet aan mij dat het telefoon gesprek niet liep. Mijn vraag had
gewoon beantwoordt kunnen worden. Daarvoor
staat je naam op zo’n site. Dat is je werk ook als het over stoppen van
borstvoeding gaat.”
En daarover denk ik nu dus nog na, over de vraag of mijn
naam op zo’n site (in dit geval borstvoeding.com) staat om willekeurig welke
vraag te beantwoorden. Of staat mijn naam op zo’n site omdat mensen dan weten
waar ze lactatiekundige zorg kunnen krijgen? En valt het (onbetaald, zonder
consult) beantwoorden van een vraag, los van waarover die gaat, onder
lactatiekundige zorg?
Ben ik verplicht die ‘zorg’ te geven, die vraag te
beantwoorden?
Moeder geeft in haar bericht aan dat de huisarts het niet
snapt. Dat betreft in dit geval natuurlijk het feit dat ik heb voorgesteld dat
ze met iemand anders contact zoekt. Wat ik echter niet begrijp, is dat *niemand*
(niet de kraamverzorgende, niet de verloskundige en ook niet de huisarts) haar
heeft aangeraden contact met een lactatiekundige te zoeken toen de problemen
nog klein waren, om te kijken hoe ze konden worden opgelost. Toen is die stap
niet gezet, en nu er is besloten dat er geen andere uitweg is (wat fysiek
zelden het geval is), is de lactatiekundige wél gebeld, met het dringende
verzoek snel te vertellen hoe moeder van de melk af komt. En natuurlijk vraag
ik me ook af wat het is geweest dat moeder (en vader…?) ertoe heeft gebracht om
wel te beginnen met borstvoeding, maar er niet mee door te gaan. Zijn de
argumenten veranderd? Valt de zorg voor de baby veel zwaarder dan verwacht? Is
vader geen voorstander van borstvoeding? Is het aan mij om de ‘zegen’ uit te
spreken over het stoppen?
Zoveel vragen, zoveel dilemma’s, zoveel zaken die zichtbaar
maken hoe intens persoonlijk en indringend borstvoeding is en hoe dicht een
baby bij het diepste zelf van ouders komt.
Ik kan niet alles waar ouders mee worstelen, oplossen.
Misschien werkt mijn ‘onschuldig’ vragen naar het hoe en wat van de
gebeurtenissen tot dan toe als zout in een diepe wond. Ben ik dan de oorzaak
van de pijn of heb ik, zonder die intentie, de vinger op een zere plek gelegd?
Ik zet dit blog ook op de Facebook-pagina van de praktijk en
nodig iedereen uit om ideeën te delen over hoe om te gaan met situaties als
deze; feedback is welkom, zowel van moeders als van collegae!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten