“En wat lag daar op tafel…?” Mijn collega keek me met een prangende blik aan. Ik moest het antwoord blijkbaar kunnen raden. Ze was die middag op consult geweest bij een gezin met een kindje van nog geen drie weken. Het jongetje was nog niet aan de borst en moeder was nog heel onzeker. De zorgverlener die in de ochtend op bezoek was geweest, had diverse documenten achtergelaten. Mijn collega was nog niet bekomen van haar belevenissen: “De oma van het kindje was er ook en zei dat het toch helemaal geen kwaad kon als een kind een poosje huilde. Oma vond het niet normaal dat moeder geregeld tijdens het eten aan tafel zat met een kind op schoot. Wat moest ik zeggen?”
Wat is dat eigenlijk, ‘normaal’? De Engelsen kennen twee interessante woorden: ‘normal’ en ‘common’. We denken vaak dat wat ‘common’ is (veelvoorkomend), ook ‘normal’ is (normaal). Het is veelvoorkomend dat volwassenen verwachten dat kindjes in hun eentje gelukkig zijn. Biologisch gezien is dat echter helemaal niet normaal. Mijn collega had dat ook aan de moeder uitgelegd: “Wat je baby laat zien, dat is echt heel normaal. Hij is pas drie weken en heeft jouw nabijheid hard nodig.”
Je vraagt je dan ook af waarom deze moeder het boekje had gekregen waarop mijn collega doelde: “Daar lag het, het boekje van Ria Blom over regelmaat en rust. De moeder zei dat ze haar hadden verteld dat ze haar zoontje wakker in bed moest leggen en dat hij gerust een half uur mocht huilen. Ik kan daar toch zo kwaad van worden! Dat jongetje was nog geen drie weken en kon dus per definitie nog geen huilbaby zijn!”
Die definitie luidt dat een kindje gedurende minimaal drie uur per dag, gedurende minimaal drie dagen in de week, gedurende minimaal drie weken moet huilen. Een kindje van nog geen drie weken oud kán daarom niet aan de definitie voldoen. En als een kindje wel veel huilt, is ‘ie geen ‘huilbaby’, maar een huilende baby. Dat is heel verdrietig, vooral ook voor het kindje zelf. Zie je het voor je? Baby ligt in bed te huilen en mama vergiet op de bank tranen met tuiten, omdat ze niet naar haar kindje ‘mag’ gaan. Een pasgeboren baby kan nog zo verschrikkelijk weinig doen om zichzelf te troosten of gerust te stellen. Als hij echter gedragen en gekoesterd wordt, kan hij zich veilig leren voelen en steeds beter met nieuwe dingen omgaan.
Er zijn veel ouders die dat begrijpen en sommige zetten er voor collega-ouders mooie dingen over op papier. Hier kun je daar meer over lezen. Chapeau, voor dit initiatief!
Excessief huilen voorkomen en aanpakken is een kwestie van de baby leren begrijpen. Ouders vervullen daarin een belangrijke rol en verdienen ondersteuning als de zorg voor hun huilende hummeltje ze zwaar valt. Aanstaande maandag zal ik me daarom weer vol goede moed naar Utrecht begeven om hierover met diverse disciplines te praten, zodat we tot een goede richtlijn komen!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Goed gezegd! Ik hoop dat jij een inspiratie kunt zijn in de werkgroep, zodat de zeergeleerde andere werkgroepleden naast wetenschappelijke kennis ook wijsheid mogen verwerven.
BeantwoordenVerwijderenMooi verhaal!
BeantwoordenVerwijderen