vrijdag 19 juni 2020

Veiligheid in de praktijk? Deel 2


(Zie hier voor Deel 1.)

We namen alles nog verder door. Ik sprak mijn bewondering uit voor hoe goed ze zich had voorbereid en hoe scherp en alert ze op heel veel punten was geweest, ondanks de druk die op meerdere momenten op haar was uitgeoefend. Moeder noemde zelf, later in het gesprek, hoe ze het had ervaren: ‘Ze bleven maar dreigen en daardoor is er van alles gebeurd waardoor ik me totaal overvallen voelde en ik snap het nog steeds niet, hoe ik dat heb kunnen laten gebeuren.’ Opnieuw vloeiden de tranen.
We zetten wat zaken op een rijtje en ik beloofde dingen uit te zoeken voor het gezin en daarover de volgende dag terug te bellen. Een instant-oplossing had ik ook niet. Dit kindje moest nog veel leren en had gelukkig een moeder met een mooie melkproductie en een krachtige toeschietreflex. Hij kreeg wat hij nodig had, ook zonder goede techniek en ondanks alle ingrepen, omdat moeder geduldig haar dagen besteedde aan voeden, voeden, voeden.

Maar toch… zo zou het niet moeten gaan. Ik huil van binnen mee, als moeders me zulke verhalen vertellen, als ik hoor over een cascade aan interventies, en als ik zie hoe beroofd ze zich voelen van wat een bekrachtigende, transformatieve ervaring had moeten zijn. Ik schrik iedere keer weer van de wijze waarop de autonomie van de moeder en haar recht op eigen keuzes aangaande zoiets groots als een baring in feite met voeten worden getreden. Als ik bij moeder ben, schrik ik (en als ik later thuis ben word ik boos) van het paternalisme waarmee er angst wordt aangejaagd. In kringen van belangenbehartiging voor de geboortezorg noemen ze dit: ‘De dode-baby-kaart wordt gespeeld.’ Veel ernstigers kun je niet doen richting een zwangere of pasbevallen moeder. Moeders kunnen gemakkelijk hun met zorg en aandacht opgebouwde blije, ontspannen zelfvertrouwen verliezen, als er dit soort boodschappen op ze afkomen. Moeders voelen zich door zulke dreigementen overruled en bezorgd om hun baby. De stress die al die uitspraken veroorzaken, de aandacht die ze opeisen voor het analytische brein, zijn stoorzenders voor een probleemloze bevalling. Dat wordt wel ‘neocorticale inhibitie’ genoemd – het belemmeren van het proces van overgave, van het op een instinctief niveau naar binnen keren. Dat komt doordat moeders met cijfers en statistieken en argumentatieprocessen en angst worden geconfronteerd, in plaats van dat er met zorg en liefde een sfeer van veiligheid om hen heen wordt gecreëerd. Je zou je als moeder in deze fase rozig en extatisch en sensueel moeten voelen; dát zou moeten worden aangemoedigd, op alle mogelijke manieren.

Ik vind dit soort verstorende processen uitermate zorgelijk en onverdraaglijk. Dit moeder-kindkoppel kan deze start niet meer over doen; dit is het. Hier moeten ze nu mee dealen, hier moeten ze samen om rouwen, hier moeten ze hun weg doorheen vinden. ‘Ik weet nu dat ik het de volgende keer anders ga doen’, zei moeder, maar we zouden moeten voorkomen dat moeders moeten ‘helen’ van hun baringservaring, die immers ook een eerste levenservaring voor de baby is. Dat moeder de volgende keer ‘op scherp’ moet staan om herhaling te voorkomen, is al spijtig. Ze zou liefdesdronken naar weer een prachtige ervaring moeten kunnen toeleven bij een tweede kindje. We zouden zwangeren en barenden moeten koesteren en ze alle veiligheid moeten bieden die nodig is om te zorgen dat ze op hun innerlijke kracht en hun intuïtie durven te vertrouwen. Daarbij lijkt mij één vraag heel belangrijk: als we rampscenario’s schetsen naar de moeder toe… over wiens angst gaat het dan?

Deze moeder was vastberaden haar baby lang te voeden; dit hummeltje bofte maar weer, met een moeder die zich, bijna tegen de stroom in, inzet voor een veilige start voor haar kind. Ik hoop oprecht dat we voor zulke (en voor alle!) moeders vaker en beter barrières zullen wegnemen, in plaats van opwerpen. ‘Primum non nocere’ (allereerst: geen schade aanrichten) is een belangrijke opdracht uit de Eed van Hippocrates voor álle zorgverleners. Moge het ons allemaal gegeven zijn ons eigen trauma onder ogen te zien, onze angsten te overwinnen en zo zelfvertrouwen in de ander krachtig te voeden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten