woensdag 9 mei 2012

Kunsttepels

Op dinsdag 1 mei stond er op de Wetenschapspagina van ‘de Volkskrant’ een artikel over het gebruik van de fopspeen. Met wat ik inmiddels weet over orale anatomie hebben zulke stukken mijn gretige belangstelling. Tijdens het lezen ervan raakte ik geërgerd: wat weer een opeenstapeling van onjuiste en incomplete informatie! En wat beroerd ook, dat de redactie zo’n verhaal voor waar aanneemt! Zouden ze nog een andere deskundige hebben gevraagd, iemand die verstand heeft van wat er in de babymond gebeurt als je er met grote regelmaat iets anders in stopt dan wat er in thuis hoort om aan te zuigen… de moederborst?

Het leek erop dat er maar één persoon naar een mening was gevraagd. Nog niet zo lang geleden zei de geïnterviewde in een vergadering: “Waarom kunnen we niet gewoon zeggen ‘flesvoeding’? De term ‘kunstmatige zuigelingenvoeding’ is zo lang en het klinkt ook zo… kunstmatig!” Tsja… is dat niet net het hele probleem van het nageaapte product, dat het kunstmatig is? En hoe moeten we in dat verband een fopspeen bekijken? De essentie van de moederborst is dat die vastzit aan moeder, aan haar warme lijf, dat omhullende armen biedt en een hoofd en hart vol liefde voor dat kleine mensje dat de wereld moet leren kennen met een brein dat nog lang niet ‘af’ is.

Dat is allemaal wat veel voor een reactie op de Geachte Redactie-pagina. Daarom schreef ik het onderstaande, maar helaas heeft ‘de Volkskrant’ van plaatsing afgezien. Daarom nu alsnog mijn visie erop!














“Het moet niet gekker worden met de aanbidding van kunsttepels. Op de vraag: “Tot welke leeftijd kun je je kind een speen geven?” (Wetenschap, 1 mei) zegt Monique L’Hoir dat de definitieve grens bij de leeftijd van 1 jaar ligt, want “de mondmotoriek begint zich te ontwikkelen.” Wat een schrijnend gebrek aan kennis wordt hier tentoongespreid. De ontwikkeling van de mondmotoriek begint natuurlijk in de baarmoeder. Het duimzuigen daar is niet alleen een reflex, maar vooral broodnodige oefening voor het kind om na de geboorte effectief te kunnen voeden… aan de borst! Het artikel spreekt over een ‘speen’, maar het beschreven product heet in de volksmond ‘fopspeen’. Terecht: het (zoogdier)kind wordt gefopt met siliconen. Wat het écht zoekt, is de moederborst. Een baby vormt de borst in de mond zodanig dat de mondholte is gevuld. Dit geeft een gelijkmatige druk op kaken en gehemelte en zorgt voor een natuurlijke, gezonde vorming van die mondholte. Tevens leidt drinken aan de borst tot een gezonde ontwikkeling van alle mond-, tong- en aangezichtsspieren. Dat is de beste garantie voor goed leren spreken. Als een kind op de leeftijd van twee jaar (zoals de WHO aanbeveelt) nog geregeld een slok aan de borst drinkt, is dat een prima zaak die geen spraakproblemen geeft. Duimen en fopspenen zijn borstsubstituten. En dat de fopspeen tegen wiegendood zou beschermen… De speen valt uit de mond, zegt L’Hoir zelf en wiegendood vindt doorgaans in de vroege ochtend plaats. Borstvoeding is (evidence based!) de beste bescherming tegen SIDS.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten