woensdag 2 juli 2014

"U vraagt"... en ik draai?

Onlangs had ik een lastig telefoongesprek. Het verloop was zodanig dat ik na afloop moest nadenken over wat mijn visie is op mijn praktijkvoering. Er doemden de volgende vragen op:
*Hoe lever ik goede zorg?
*Wat is goede zorg?
*Hebben mensen recht op goede zorg?
*Hebben mensen recht op slechte zorg?
*Hebben mensen er recht op van mij te vragen dat ik slechte zorg lever?
*Moet ik bij het leveren van zorg uitgaan van wat ik goede zorg vind of van wat de ander verwacht?
*Heb ik als lactatiekundige de plicht om zorg te leveren als ik van mening ben dat dat geen goede zorg kan worden?
*Mag ik mensen aanraden iemand anders te raadplegen voor de zorg waarnaar ze op zoek zijn?
*Mag ik mijn visie op wat goede zorg is en op wat er naar mijn idee de voorwaarden voor zijn, van toepassing laten zijn op wat de zorgvrager van mijn verlangt?
*En tot slot, als samenvatting van dit alles: is het richting de cliënt een kwestie van ‘u vraagt, wij draaien’, of anders geformuleerd: ‘jij drukt op één van mijn knopjes en dan zeg ik wat jij wilt horen’…?

De moeder was overstuur en al snel na de eerste zinnen in tranen. Ze was negen dagen postpartum en alles ging mis en zo ging het niet langer en dus kon het niet anders of ze moest stoppen met borstvoeding geven, want ze trok het niet meer en ze kon zo voor haar kind niet de moeder zijn die ze wilde zijn en ze had ook al een rottige zwangerschap en een zware bevalling gehad en nu dit nog en het moest echt afgelopen zijn en of ik even kon zeggen wat ze moest doen om van die borstvoeding af te komen.
Dat is heel wat en met alles wat ik weet en nog steeds bijleer, leidt zo’n betoog tot allerlei overwegingen, niet pas na afloop van het gesprek, maar meteen, à la minute, direct, onmiddellijk:
*De eerste dagen na een bevalling zijn intens en kunnen van alles losmaken in een pas bevallen vrouw.
*Stoppen met borstvoeding vanuit een sterke emotie is vaak niet zo’n goed idee, omdat de keuze door de emotie mogelijk niet weloverwogen wordt gemaakt.
*Een beslissing die zo belangrijk is, kan, wanneer die niet weloverwogen wordt genomen, later in het leven tot allerlei trauma’s, verdriet en schuldgevoelens leiden.
*Als er al ruim een week is gevoed, is er normaal gesproken een behoorlijke productie en dan kun je niet zomaar stoppen, maar moet er een beleid worden uitgezet.
*Geen borstvoeding geven heeft voor zowel moeder als kind gevolgen voor de gezondheid.
*Wanneer er bij het dragen en baren problemen zijn geweest, kan het zogen helend werken en het beschadigde gevoel van (lichamelijke) competentie herstellen; zie bijvoorbeeld dit verhaal.
*Een vrouw die in staat is haar kind na de zwangerschap nog eens geruime tijd te voeden (nu niet via de placenta, maar via de borst), ontleent daaraan veel kracht en zelfvertrouwen voor zowel haar vrouw-zijn als haar moederschap.
*Een baby die geruime tijd borstvoeding krijgt, leert vanaf het prille begin hoe het is om volledig, lijfelijk, zintuiglijk bemind en gekoesterd te worden en dat ondersteunt een veilige hechting.

Dit is wat er op zo’n moment bliksemsnel door me heen gaat en als ik meer tijd zou hebben, zouden er ongetwijfeld nog meer aspecten in me opkomen die een goed gesprek rechtvaardigen.
Zo ver kwam het echter niet. Ik zei dat ik begreep dat het, als er veel problemen waren, op die manier niet vol te houden was en ik vroeg of ze lactatiekundige begeleiding had gehad. “Ja, de kraamverzorgende en de verloskundige zeggen ook dat het zo niet langer kan. Ze hebben al van alles geprobeerd, maar het gaat gewoon niet.” Ik zei dat iedereen haar eigen specialisme heeft en vroeg nogmaals specifiek of ze ook een lactatiekundige had gezien. Dat was niet het geval, en dat was ook niet nodig, want de kraamverzorgende en de verloskundige hadden al gezegd dat het niet ging.
En ze had helemaal geen zin om aan mij te verantwoorden waarom ze wilde stoppen; ik moest gewoon even zeggen hoe ze dat kon aanpakken. Ik gaf aan dat ik, om een goed beeld van de situatie te krijgen en het juiste advies te kunnen geven, bepaalde informatie nodig had en me er ook van moest vergewissen dat stoppen echt was wat ze wilde en dat ze alle informatie die ze nodig had om tot die weloverwogen beslissing te komen, ook daadwerkelijk had ontvangen. Op de achtergrond hoorde ik haar partner door het gesprek heen opmerkingen tegen haar plaatsen. “Nee, wacht even”, zei ze tegen hem, en richtte zich weer tot mij; ze huilde inmiddels niet meer. Ze hád mij toch net alle informatie gegeven? Ze hád toch net al gezegd dat ze wilde stoppen en dat het niet ging? Wat zou ik nog meer moeten weten? Ik wist zo toch genoeg? Het was toch mijn vak en ik kon nu toch wel zeggen wat ze moest doen?

Ik legde uit dat het een onderdeel van mijn professionele verantwoordelijkheid is om er zeker van te zijn dat stoppen is wat een moeder werkelijk wil, als ze daarover vragen stelt, omdat stoppen een keuze is die je niet gemakkelijk ongedaan kunt maken en omdat vrouwen zich jaren later vaak afvragen of dat stoppen destijds nou wel echt nodig was en waarom er niemand was geweest die ze had verteld wat de andere opties waren, omdat ze waren blijven zitten met een gevoel van verdriet over het stoppen. Ik gaf ook aan dat de lactatiekundige de specialist is die kan begeleiden bij problemen die voor de kraamverzorgende en de verloskundige te lastig zijn. Ik zei dat ik mij zorgen maakte over het feit dat ze die zorg nog niet had gehad en dat het me wenselijk leek dat ze die alsnog zou krijgen om dan alles goed door te nemen en te kijken hoe ze het kon aanpakken. Ik opperde dat het misschien beter zou klikken met iemand anders dan met mij, omdat het mijn visie is dat het inventariseren van de situatie en de openstaande opties heel erg belangrijk is alvorens tot stoppen over te gaan.

Ondanks dat ik heel rustig bleef, werd het gesprek steeds onaangenamer. Haar man bleef opmerkingen maken en ze werd ook zelf ongeduldiger, omdat het niet lukte mij een snel advies te ontfutselen. Ik voelde dat het niet meer goed ging komen en na nog wat opmerkingen van haar en wat toelichting van mij, gaf ik aan dat het mij het beste leek dat ze iemand anders zocht, omdat het gesprek duidelijk maakte dat haar verwachtingen te ver af lagen van mijn visie.
We beëindigden het gesprek en ik bleef achter met een onbevredigend gevoel over het verloop.

Normaal werk ik alleen, maar nu was toevallig mijn man aanwezig. We waren een weekend weg en hij was net als ik op onze hotelkamer tijdens het telefoontje. “Wat was dat?”, vroeg hij. “Tsja”, zei ik, “moeder wil stoppen en ik denk dat er eerst nog lactatiekundige zorg zou moeten worden gegeven om samen met haar te analyseren waar het mis is gegaan met de borstvoedingsrelatie, wat eraan te doen valt en of ze misschien wél wil doorgaan als dat zonder pijn en ellende kan en voor moeder en dochter een fijne ervaring is.” Hij zweeg en keek voor zich uit. “Hmmm… nou… wat kun je doen in zo’n geval…” “Ik was toch niet boos tegen haar?”, vroeg ik. “Nee, nee, helemaal niet”, was zijn antwoord, “je vroeg en zei een aantal dingen die ook mij van belang lijken.”

Ik liet het even op me inwerken en stuurde de moeder toen de volgende sms: “Dag, zojuist hadden we telefonisch contact omdat je behoefte hebt aan lactatiekundig advies voor de situatie waarin je nu zit. De eerste dagen na de bevalling kunnen heel heftig zijn. Een LK kan je helpen om te kijken hoe je eerst in wat rustiger vaarwater kunt komen om daarna meer definitieve keuzes te maken. Ik wens je daarbij veel kracht en moed. Mocht je tips willen voor iemand die je kan helpen, dan hoor ik het graag. Met vriendelijke groet, Marianne”
Ik hoopte haar zo te kunnen aanmoedigen tot het zoeken van contact met iemand anders dan met mij. Wie weet zou ze na een poosje toch nog willen onderzoeken wat haar opties waren.
Ik hoorde twee dagen niets; toen ontving ik het volgende bericht: “Mijn huisarts snapt het ook niet. …Dan ben je lk en als de vraag je niet aan staat geef je gewoon geen advies. . …Daar komt het wel op neer hè. ..En reactie hierop van jouw is onnodig. ….. Ik ga ik niet meer reageren. Maar het ligt i iig niet aan mij dat het telefoon gesprek niet liep. Mijn vraag had gewoon beantwoordt kunnen worden. Daarvoor staat je naam op zo’n site. Dat is je werk ook als het over stoppen van borstvoeding gaat.”

En daarover denk ik nu dus nog na, over de vraag of mijn naam op zo’n site (in dit geval borstvoeding.com) staat om willekeurig welke vraag te beantwoorden. Of staat mijn naam op zo’n site omdat mensen dan weten waar ze lactatiekundige zorg kunnen krijgen? En valt het (onbetaald, zonder consult) beantwoorden van een vraag, los van waarover die gaat, onder lactatiekundige zorg?
Ben ik verplicht die ‘zorg’ te geven, die vraag te beantwoorden?
Moeder geeft in haar bericht aan dat de huisarts het niet snapt. Dat betreft in dit geval natuurlijk het feit dat ik heb voorgesteld dat ze met iemand anders contact zoekt. Wat ik echter niet begrijp, is dat *niemand* (niet de kraamverzorgende, niet de verloskundige en ook niet de huisarts) haar heeft aangeraden contact met een lactatiekundige te zoeken toen de problemen nog klein waren, om te kijken hoe ze konden worden opgelost. Toen is die stap niet gezet, en nu er is besloten dat er geen andere uitweg is (wat fysiek zelden het geval is), is de lactatiekundige wél gebeld, met het dringende verzoek snel te vertellen hoe moeder van de melk af komt. En natuurlijk vraag ik me ook af wat het is geweest dat moeder (en vader…?) ertoe heeft gebracht om wel te beginnen met borstvoeding, maar er niet mee door te gaan. Zijn de argumenten veranderd? Valt de zorg voor de baby veel zwaarder dan verwacht? Is vader geen voorstander van borstvoeding? Is het aan mij om de ‘zegen’ uit te spreken over het stoppen?

Zoveel vragen, zoveel dilemma’s, zoveel zaken die zichtbaar maken hoe intens persoonlijk en indringend borstvoeding is en hoe dicht een baby bij het diepste zelf van ouders komt.
Ik kan niet alles waar ouders mee worstelen, oplossen. Misschien werkt mijn ‘onschuldig’ vragen naar het hoe en wat van de gebeurtenissen tot dan toe als zout in een diepe wond. Ben ik dan de oorzaak van de pijn of heb ik, zonder die intentie, de vinger op een zere plek gelegd?
Ik zet dit blog ook op de Facebook-pagina van de praktijk en nodig iedereen uit om ideeën te delen over hoe om te gaan met situaties als deze; feedback is welkom, zowel van moeders als van collegae!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten